Zouden Katharen en Kazaren met elkaar te maken hebben.
De eerste
katharen komen rond 1150 op het toneel van de geschiedenis. Ze verschijnen in het Rijnland, Zuid-Frankrijk (Languedoc)
en Noord-Italië. Ze geloven dat er twee scheppers zijn: één goede
en één slechte, vanaf de eeuwigheid aan elkaar tegengesteld. Christus is niet echt mens geworden, de aanwezigheid van Christus in brood
en wijn verwerpen ze. In plaats van 'geloof' uit de tweede hand legden zij de nadruk op directe en persoonlijke kennis, een zelfbeleefde religieuze en mystieke ervaring. Deze ervaring, die gnosis werd genoemd, naar het Griekse woord voor kennis, was voor hen belangrijker dan welke belijdenis of welk dogma ook. Gezien de nadruk op direct persoonlijk contact met God waren priesters, bisschoppen en andere kerkelijke autoriteiten overbodig.
Halverwege de 12e eeuw komt het woord "kathaar" voor de eerste keer voor in een preek van de Duitse monnik
Eckbert von Schonau. Maar hij heeft het dan over christenen in het Rijnland die afgeweken zijn van de rechte leer die hij "Katharos" noemt. Een halve eeuw later wordt dat woord ook gebruikt buiten Duitsland in geschriften van tegenstanders van hun afwijkende leer. Gebruik in de toenmalige Languedoc is niet teruggevonden.
Alain de Lille, een katholieke theoloog, schreef in "De Fida Catholica" ("Over het katholieke geloof", Montpellier 1200) onder meer : "Men noemt ze Katharen van catus (kat) omdat ze het achterste van een kat kussen..." Katten werden geassocieerd met
satanisme. In het Rijnland en ook in onze streken werd een kat gezien als de verpersoonlijking van
Satan.
De vondst van de
Nag Hammadi-geschriften heeft een opmerkelijke verwantschap doen zien tussen de vroegchristelijke gnostiek en de
Katharen uit de twaalfde en dertiende eeuw. Men veronderstelt daardoor een onderbroken verband tussen de Katharen en de gnostici uit de eerste eeuwen, ook al is dat niet overtuigend aangetoond.
Die Nag Hammadi echter geeft m.i. een te belangrijke/verkeerde rol aan Eva : zij is degene die Adam uit de diepe slaap van de onwetendheid wekte en hem daarmee kennis bracht. Echter, zij verleidde Adam, wat hem echter niet minder schuldig maakt en daarom de erfzonde ook op beiden is.
De Katharen kennen zowel een goede als een slechte
God. De slechte god was
JHWH, de god van het
Oude Testament, die de wereld geschapen had en de geesten had gevangen in stoffelijke lichamen, ze vulde met ellende en lijden. De goede god was de God van Jezus, die liefde predikte. Voor de Katharen was het volstrekt ondenkbaar dat God zijn eigen zoon naar de aarde zou sturen om door zijn lijden en dood de mensen te verlossen. Het kruis is voor hen een verwerpelijk martelwerktuig waarmee gepoogd werd de missie van Christus te doen mislukken.
Het gebied dat nu bekend staat als de Languedoc maakte in het begin van de dertiende eeuw officieel geen deel uit van Frankrijk. In tegenstelling tot de opvattingen daarover in Noord-Europa stond leren hier in hoog aanzien. Filosofie en andere intellectuele bezigheden floreerden; in Lunel en Narbonne bloeiden scholen die zich wijdden aan de Kabbala, de oude esoterische traditie van het judaisme.
Het ontkennen van de autoriteit van de Katholieke Kerk door de Albigenzen (Katharen), samen met de wereldlijke ambities van de paus en de conflicten tussen de Occitaanse adel en de koning van Noord-Frankrijk leidden tot een openlijke oorlog tegen de Katharen. In juli 1210 worden in
Minerve 140 Katharen levend verbrand. Het is de eerste massale verbranding van Katharen.