Wanneer er composiet voor een vulling gebruikt wordt, zal er daarna altijd wat krimp van het materiaal plaatsvinden. Dit zorgt voor de gevoeligheid, aan een element waar nog een (deel van een) zenuw in zit. De mate van krimp hangt samen met de grootte en plaats van de vulling. Als er bijvoorbeeld een zijwandje vervangen moet worden, zal dit minder trekken dan een kies die op het kauwvlak een vulling krijgt die aan alle wanden trekt. De tandarts heeft zelf ook in enige mate invloed op de napijn door krimp, door niet in een of twee 'grote' hompen de composiet te plaatsen en uit te harden, maar door heel kleine hoeveelheden tegelijk te plaatsen, een soort stapel van dunne laagjes en die telkens tussendoor met de lamp uit te harden. Voor de tandarts misschien wat meer werk, maar voor de patiënt wel erg prettig.