G
Guest
Guest
Voor de volledigheid dit stukje er ook nog bij.
De bijnieren en de spijsvertering
Bijnieruitputting heeft allerlei spijsverteringsklachten tot gevolg. In principe kunnen er problemen optreden met de vertering van allerlei voedingsmiddelen. De vertering van koolhydraten en vetten kunnen problematisch worden, maar vooral de vertering van eiwitten zijn vaak een probleem. Dit zijn de beruchte allergieën en intoleranties voor gluten en melkeiwitten, maar denk ook aan notenallergieën. Niet zo verwonderlijk allemaal, want je lichaam maakt minder maagzuur en galvloeistof aan waardoor eiwitten en andere stoffen (zoals bijvoorbeeld oxaalzuur en fytinezuur) niet of onvoldoende afgebroken kunnen worden.
Een belangrijk afvalproduct van eiwitvertering dat voor veel problemen kan zorgen is urinezuur. Het dankt zijn naam aan het feit dat dit zuur via de urine geloosd hoort te worden. Urinezuur ontstaat door vertering van purine, een eiwit dat veel voorkomt in dierlijke voeding, met name orgaanvlees en vette vis. Laat dit je overigens niet ontmoedigen om orgaanvlees en vette vis te consumeren, want dit zijn juist twee extreem voedzame voedingsmiddelen. Behalve als je nieren en bijnieren te zwak zijn, dan kunnen ze de purine niet goed genoeg verwerken en het urinezuur niet voldoende via de blaas lozen, waardoor het achterblijft in het bloed. Het lichaam heeft dan geen andere keuze dan het urinezuur af te zetten in de gewrichten, waar het allerlei ontstekingsprocessen bevordert.
Je kunt ook tekorten aan verteringsenzymen in de lever en alvleesklier ontwikkelen, bijvoorbeeld een tekort aan het eiwitsplitsende enzym pepsine of het eiwitenzym protease, het vetoplossende lipase of het koolhydraatenzym amylase. Deze tekorten aan verteringssappen en enzymen worden in de hand gewerkt door een trage schildklier. Allemaal heel vervelend voor jou, maar voor jouw overleving een goede beslissing van de schildklier, want je gaat door de voortdurende stress veel te hard en om niet uit de bocht te vliegen is het verstandiger wat gas terug te nemen. De schildklierwerking wordt onderdrukt door zowel overactieve als onderactieve bijnieren. Een eiwitrijk voedingspatroon met weinig vetten en veel koolhydraten is rampzalig voor je schildklier en zal je problemen alleen maar verergeren, omdat het de schildklier uitput van zijn vitamine A- en schildklierhormoonreserves.
Er kunnen ook tussenstadia plaatsvinden waarbij je schildklier afwisselend overgeactiveerd wordt door de bijnieren om vervolgens trager te gaan lopen. Je kunt het dan bijvoorbeeld afwisselend bloedheet en daarna ijskoud krijgen. Dit ervaar je bijvoorbeeld als je griep hebt, omdat elke vorm van ziekte een grote wissel trekt op je bijnieren en schildklier. Maar sommige mensen ervaren dit zonder griep en het duidt op een disbalans tussen de bijnieren en de schildklier. Naarmate de jaren verstrijken en je verkeerde patronen en gewoontes niet afnemen, zullen de klachten toenemen. Deze worden vervolgens toegeschreven aan de ‘ouderdom’ of ‘genetische’ factoren. Als men het helemaal niet meer kan verklaren zit het ‘tussen de oren’ en ben je rijp voor schildklierslopende antidepressiva op basis van het uiterst giftige fluor.
http://www.voedingisgezondheid.nl/Bijnieren_ebook.html
De bijnieren en de spijsvertering
Bijnieruitputting heeft allerlei spijsverteringsklachten tot gevolg. In principe kunnen er problemen optreden met de vertering van allerlei voedingsmiddelen. De vertering van koolhydraten en vetten kunnen problematisch worden, maar vooral de vertering van eiwitten zijn vaak een probleem. Dit zijn de beruchte allergieën en intoleranties voor gluten en melkeiwitten, maar denk ook aan notenallergieën. Niet zo verwonderlijk allemaal, want je lichaam maakt minder maagzuur en galvloeistof aan waardoor eiwitten en andere stoffen (zoals bijvoorbeeld oxaalzuur en fytinezuur) niet of onvoldoende afgebroken kunnen worden.
Een belangrijk afvalproduct van eiwitvertering dat voor veel problemen kan zorgen is urinezuur. Het dankt zijn naam aan het feit dat dit zuur via de urine geloosd hoort te worden. Urinezuur ontstaat door vertering van purine, een eiwit dat veel voorkomt in dierlijke voeding, met name orgaanvlees en vette vis. Laat dit je overigens niet ontmoedigen om orgaanvlees en vette vis te consumeren, want dit zijn juist twee extreem voedzame voedingsmiddelen. Behalve als je nieren en bijnieren te zwak zijn, dan kunnen ze de purine niet goed genoeg verwerken en het urinezuur niet voldoende via de blaas lozen, waardoor het achterblijft in het bloed. Het lichaam heeft dan geen andere keuze dan het urinezuur af te zetten in de gewrichten, waar het allerlei ontstekingsprocessen bevordert.
Je kunt ook tekorten aan verteringsenzymen in de lever en alvleesklier ontwikkelen, bijvoorbeeld een tekort aan het eiwitsplitsende enzym pepsine of het eiwitenzym protease, het vetoplossende lipase of het koolhydraatenzym amylase. Deze tekorten aan verteringssappen en enzymen worden in de hand gewerkt door een trage schildklier. Allemaal heel vervelend voor jou, maar voor jouw overleving een goede beslissing van de schildklier, want je gaat door de voortdurende stress veel te hard en om niet uit de bocht te vliegen is het verstandiger wat gas terug te nemen. De schildklierwerking wordt onderdrukt door zowel overactieve als onderactieve bijnieren. Een eiwitrijk voedingspatroon met weinig vetten en veel koolhydraten is rampzalig voor je schildklier en zal je problemen alleen maar verergeren, omdat het de schildklier uitput van zijn vitamine A- en schildklierhormoonreserves.
Er kunnen ook tussenstadia plaatsvinden waarbij je schildklier afwisselend overgeactiveerd wordt door de bijnieren om vervolgens trager te gaan lopen. Je kunt het dan bijvoorbeeld afwisselend bloedheet en daarna ijskoud krijgen. Dit ervaar je bijvoorbeeld als je griep hebt, omdat elke vorm van ziekte een grote wissel trekt op je bijnieren en schildklier. Maar sommige mensen ervaren dit zonder griep en het duidt op een disbalans tussen de bijnieren en de schildklier. Naarmate de jaren verstrijken en je verkeerde patronen en gewoontes niet afnemen, zullen de klachten toenemen. Deze worden vervolgens toegeschreven aan de ‘ouderdom’ of ‘genetische’ factoren. Als men het helemaal niet meer kan verklaren zit het ‘tussen de oren’ en ben je rijp voor schildklierslopende antidepressiva op basis van het uiterst giftige fluor.
http://www.voedingisgezondheid.nl/Bijnieren_ebook.html